Notizia di Malafida - overzichtNotizia's
MalafidaMalafida
Vorige nummer
Nr. 32
Notizia di Malafida, Nr. 33

Nr. 34Volgende nummer

Nr. 33, lente 1919 GJ (juli 2003).
Redactione: Via della Sera 107, La Piovra di Santina, Malafida. Redattore: Bianco Rossulini.

Waarde lezer, als u nog steeds niet neergeschoten bent, en dit geschrift lezen kunt: de Lari zij met U, en moge U nog vele nummers van onze krant tegen een schappelijk bedrag kunnen ritselen via de Godfather in uw woonplaats!

REGGIO DI MALARIA - De afgelopen maanden zijn er honderden doden gevallen in het noorden van Malafida, dat nog steeds de gevolgen van de zware natuurramp voelt. De regerende godfathers in La Piovra overwegen niets ontziende vredestroepen te sturen om het geweld de kop in te drukken. De Pleiade is nog steeds in de greep van desintegratie. Een corrupte en slecht functionerende overheid, overvallen door het natuurgeweld, heeft zaken als onderwijs en gezondheidszorg afgestoten, naar eigen zeggen: "tot ons aller spijt geleidelijk af moeten stoten" daarbij eenieder die het horen wilde verzekerend dat zulks geen permanent beleid zou zijn en ook nooit zou worden. Uiteindelijk konden ook de orde en veiligheid niet meer worden gewaarborgd en is de weg vrijgemaakt voor allerlei zwaarbewapende groepen, die met veel geweld en hevig machtsvertoon land en bevolking laten wegzinken in een moeras van vrees voor have en goed.
Het lijkt de toekomst van Nederland wel, maar dat is een verhaal van een andere orde.

De Pleiade is het schoolvoorbeeld geworden van de falende staat in de staat. Gelukkig is niet elke Malafidische deelstaat zo hard getroffen. Maar professore Reneo Dakstrei, die veel door de Pleiade gereisd heeft, hecht er waarde aan te zeggen dat hij op persoonlijke titel spreekt, anders wordt hij neergeschoten nog voor hij uitgesproken is. Geen wonder, omdat er over zijn uitlatingen en reisverslagen zelfs vragen zijn gesteld in het hoofdstedelijk parlement te La Piovra. Godfather Jappe di Hopi Sceffi liet vorig jaar weten dat Dakstrei “vrij mag spreken over zijn reizen, maar niet over het beleid in dit land”.

Driekwart jaar later heeft Dakstrei er vele lezingen opzitten, onder het motto: 'Wat is er mis met Malafida?'. Het spreekt vanzelf dat de titel van de lezingenserie de controverse nog eens aanwakkerde. Veel mensen, bijvoorbeeld collega-reizigers/schrijvers in andere landen en medewerkers van veelal corrupte ontwikkelingsorganisaties, menen dat er helemaal niet zo veel mis is in het noorden van Malafida. Sommigen beschouwen hem als een soort afvallige, zegt Dakstrei, die niet mee wil gaan in de hosanna-sfeer. Dakstrei houdt vol dat in Malafida te veel voor zoete koek wordt geslikt. En hij wil die heilige huisjes omver trappen, al zal hij er misschien ooit de kogel voor krijgen.

Dakstrei sprak voor studentenverenigingen, godfatherclans, militairen, universiteiten, culturele- en ontwikkelingsorganisaties én met Malafidiërs die elders wonen zoals in de Boog, Lapeg Berog en Klurin, waar hun invloed snel toeneemt. Dakstrei, van origine een nuchtere Lariman uit Zompe die fortuin heeft gemaakt met de continentwijde handel in Plépapier, ziet het toch als een blijk van erkenning en waardering dat zo veel verschillende groepen zich aangesproken voelen door zijn reisverslagen, in positieve of negatieve zin. En alle groepen proberen, naar gelang hun eigen achtergrond, eigen accenten te leggen. De Liga Pro Fortuna (LPF), de organisatie die in Malafida en daarbuiten conservatief gappitalisme propageert, herkende een conservatief verhaal. Verenigingen van larilieden daarentegen zagen in Dakstrei’s reisverslagen een pleidooi voor een ongeremd financieel liberalisme, al is het niet duidelijk wat het verschil is met gappitalisme. De Malafida-deskundige reageert met een glimlach: "Ik laat me niet zo gemakkelijk annexeren. Maar al die positieve en negatieve kritiek geeft je wel een nieuwe kijk op je eigen reizen."

De discussies die de professore emotioneel het meest raakten, voerde hij met Malafidiërs in de Boog, op het verre eiland Garibusana en op zee. “Er waren soms heftige reacties, men voelde zich aangevallen. Ik zou aanmatigend zijn, te pessimistisch, te negatief, te somber. Soms werd ik in de hoek van de oude kolonialist gedrukt. Maar als je dieper op het thema ingaat, kunnen veel Malafidiërs mijn analyse wel delen. De Malafidiërs die in den vreemde wonen, zijn er niet op uit om de Malafidische elite te verdedigen. Eerder om deze te vervangen door een eigen elite, al moet ik dat niet te hardop zeggen.”

Hoewel Dakstrei in zijn reisverslagen de kritiek op vroegere godfathers en machtsstructuren niet schuwt, is zijn conclusie pijnlijk voor Noord-Malafida. Het verval van de Pleiade en aangrenzende gebieden is kort na de natuurramp begonnen en tot op heden is dit proces niet gestopt. En, zoals eerder opgemerkt, de toekomst ziet er niet hoopvol uit. Er wordt gedacht dat het in de cultuur zit van dit vlakke handelsland, al zal men dit niet snel hardop zeggen en willen velen er niet van horen.

Hoe komt het, zo vraagt Dakstrei zich af, dat het welvaartsverschil tussen Noord-Malafida en andere Malafidische staten zo groot blijft, terwijl de Pleiade vóór de ramp bijna op hetzelfde niveau zat als de andere deelstaten? Het veel gehoorde argument dat deelstaten die dichter lagen bij het vuur in La Piovra, geografisch of ritselpolitiek, tegen veel schappelijker bedragen zaken voor elkaar kregen dan bijvoorbeeld de Pleiade, gaat volgens de historicus slechts gedeeltelijk op. Maar cruciaal was wat met het hulpgeld na de ramp gedaan werd en met welk rendement het werd aangewend. Extra geld had voor de Pleiade, gezien de interne omstandigheden, geen wezenlijk verschil uitgemaakt, zegt Dakstrei. Ondanks het feit dat de Pleiade de afgelopen jaren 30 miljard Lari kreeg en verdiende, het onderscheid is niet altijd even groot, leefde in het jaar 1918 circa 70% van de bevolking onder de armoedegrens. Voor de ramp was dat nog maar 25%.

Dakstrei veegt dan ook de vloer aan met veelgenoemde theorieën die de armoede en het verval van de Pleiade moeten verklaren. De ramp natuurlijk, het warme klimaat, door godfathers verkeerd gelegde en elkaar overlappende invloedssferen, te lage prijzen voor het plépapier, de teruggang in productie van en handel in Pleiadels (overheerlijke dadels), het zijn geen afdoende verklaringen.

Dakstrei is op principiële gronden vóór vrijhandel en gappitalisme. “de Boog en vele andere landen in die regio hebben zich, ondanks de aanwezigheid van aartsvijanden en handelsbelemmeringen, wel kunnen ontwikkelen tot een machtig Rijk van Soros. De Pleiade heeft te weinig concurrentievermogen, het gebied laat na de ramp de kop nog te veel hangen. Het lijdt aan een tekort aan globalizati, meent Dakstrei. Schappelijke lonen en relatief lage beschermingstarieven werken niet wervend genoeg om internationale investeringen aan te trekken.

De echte oorzaak van de armoede in Noord-Malafida ligt volgens Dakstrei in het wel erg dominante systeem van patronage en cliëntelisme, op zowel macro- als micro-niveau. Na de ramp gebruikt een kleine heersende politieke elite van godfathers de staat als melkkoe om een eigen machtsbasis op te bouwen. Om de status-quo te handhaven, worden links en rechts gunsten uitgedeeld. De economie wordt geofferd aan de belangen van de elite en is te weinig gericht op het creëren van economische groei en gezonde gappitalistische winsten. Om de overgebleven ontredderde massa's in de grote steden van goedkoop voedsel te voorzien, worden de belangen van het platteland constant opgeofferd. Daar woont immers niet de achterban die gepaaid moet worden.
Volgens Dakstrei is onder meer door dit systeem van patronage de deelstaat zichzelf aan het degraderen tot het ‘Laagste Land’ van Malafida, een vernederd land. Volgens Dakstrei nauwkeuriger gezegd: een zichzelf vernederend land. Het is zijn identiteit kwijt en lijkt niet bereid die te hervinden. Op micro-niveau werkt het ook: de Pleiadi die inkomsten hebben, hoe gering ook, worden geacht vele kennissen en familie in die rijkdom te laten meedelen. Larilieden die de economie uit het slop kunnen trekken, krijgen zo geen kans om op te staan en het land weer nieuwe glans te geven.

Nieuwe machthebbers bedienen zich van hetzelfde netwerksysteem. Zolang de staat en de economie in de Pleiade niet worden losgekoppeld, zal het systeem van cliëntelisme blijven voortbestaan en dus de economische wederopbouw van het gebied tegenhouden. “Zonder de opbouw van een vrije gappitalistische markt zal de macht van de patronagenetwerken moeilijk te breken zijn”, aldus Dakstrei.

Noordoost- en Midden-Malafida
Noordoost-Malafida (deelstaten Pleiade en Cantonorte) en Midden-Malafida (deelstaten Raisa, Corrada en Santina). Dit is een fragment van de kaart van het continent Cairia. De afstand tussen de steden Reggio di Malaria en Asip is ongeveer 450 kilometer.

Naar boven (Tekst van dit artikel is deels ontleend aan een artikel in Het Financieele Dagblad, 24 juli 2003,
incl. een citaat van voormalig minister De Hoop Scheffer).